Schaduw
In het voorbij gaan
ben ik een plaatje in een lijstje
gevangen achter glas
stil geschoten tijd.
De hand die kopjes omspoelt
maar niet de mond die drinkt
De lont die wacht op vonken
maar niet de vlam die vreet
De zin die al gevormd is
maar niet de trein die rijdt
In het voorbij gaan
ben ik een vreemde in een kamer
gewacht onder druk-
misgelopen schaduw