Duizend dutjes

Avond aan avond
doof ik de kaars
Vanzelf vat ze vlam zonder een woord
vrijwillig val ik
zonder te voelen
zachtjes zoef ik
zonder te zien
Hulpeloos hang ik
zonder te horen
Roekeloos reis ik
zonder te ruiken
De geur van de nacht
zweet en matras
Enkel bewijs van het kind en het rusten
onder bewust op zijn moeders arm.